Op de foto klikken om het hele album te bekijken.
Pronkjewailpad oostroute van Delfzijl naar Termunterzijl 19 juni 2021.
Op deze zaterdag, met wat minder warm weer en weinig kans op buiten, gaan Iebele en ik weer naar Groningen, waar ik een volgende etappe van het mooie pad ga lopen. De rit duurt aanmerkelijk langer dan verwacht vanwege wegwerkzaamheden in de stad Groningen, zodat we omgeleid worden. Je kunt beter noordwaarts moeten, want dat gaat via de Eemshavenweg (100 km. weg) veel sneller. Dus na 2 uur pas in Delfzijl aangeland. En ja, dan moet je wel even naar het toilet en heb je wel zin in koffie. Eerst even stempel gehaald bij het MuzeeAquarium (was de vorige keer helaas om 10 voor 5 al gesloten, dus geen stempel bemachtigd!) en dan naar het er hoog boven gelegen Eemshotel. Het zat er weer heerlijk!
Na nog een stempel te hebben gehaald bij Museum “’t Hoeske van opoe Iet” op naar Farmsum en ook daar gestempeld bij de prachtig gerestaureerde grote kerk. Een tijd geleden (ik denk tijdens de zuidroute van het Pronkjewailpad) daar ook gestempeld, maar toen was het een hele toer om langs de hekken bij het stempelkastje te komen! Nu dus makkelijk te bereiken. Dan op naar Weiwerd. Ben al bij de oude begraafplaats, maar de stempelpost niet gezien. Dus terug, bij een woning aan een was ophangende mevrouw gevraagd of zij wist waar ik die kon vinden. Na uitleg kom ik bij een huis, waar de nodige verbouwingen plaats vinden. Zie niets, dus loop het erf op, roep heel hard: “volk”, waarop een jongeman verschijnt, die me duidelijk maakt dat er een metalen kast langs de weg staat. En ja, dan zie ik ook pas waar ik al langs ben gekomen, maar niet heb opgemerkt. Een leuk geheel de grote kast met stempel en als pronkjewail de keuze uit een mooie kaart.
Na Weiwerd even langs de midden in het industriegebied staande, oude Ursuskerk van Heveskes. Omringd door mijlen hoog gras, wat het lastig maakt (en ook gevaarlijk wat de teken betreft) om een slag rond dit kerkje te doen. Tóch maar gedaan in de hoop, dat ik geen tekenbeten op zal lopen. En dan even later weer even van de route af om naar het Monument Oterdum te gaan, waar ik niet de enige ben. Fietsers stappen hier af en automobilisten stoppen ook om de boven op de dijk gelegen grafstenen te zien, die herinneren aan de grote ramp, die het dorp Oterdum is overkomen. Totaal verzwolgen door de zee.
Dan weer terug naar de weg langs het industriegebied, die later overgaat in een fietspad. Kom op het lange, rechte stuk weg twee Pronkjewailpadlopers tegen (herkenbaar aan het grijze shirt). We groeten elkaar. Later zie ik ze terug bij de prachtige kerk van Termunten, waar ze hun vouwfietsen weer inklappen en in de auto laden om huiswaarts te keren. We maken nog even een praatje en vertel ze wat me is overkómen. Gelukkig hebben zij de etappe in omgekeerde richting gelopen en is hun mijn ervaring bespaard gebleven. Later meer hierover.
Waar de weg eindigt en overgaat in het fietspad, loop ik enkele keren heen en weer op zoek waar ik af moet slaan volgens de app. En dan zie ik een paaltje met pijl, maar……..ik zie helemaal geen pad. Mijlen hoog gras zo ver het oog reikt. Moet ik hier doorheen? Nou, er zal niets anders opzitten, dus baan ik me een weg. Even later is de begroeiing lager en loopt het weer makkelijker. Dan zie ik op de app, dat ik rechtsaf moet. Maar waar? Ja, ik heb een sloot gezien, aan weerskanten helemaal begroeid met hoog gras en riet. Maar waar is de oversteekplek? Dan zie ik een heel smal, vaag paadje door het hoge gras, dat even later harstikke steil zo’n 2 meter naar de sloot loopt. Water stroomt naar beneden en even later zie ik de smalle, metalen plank liggen. Hier moet ik dus overheen. Als eerste is de steile helling naar beneden al een uitdaging, die ik dan ook al glijdend op m’n achterwerk neem. Maar dán….. ik raap alle moed, die ik heb, bij elkaar. Zeg tegen mezelf: “kom op El, gáán met die banaan”. Niets om je aan vast te houden of zo. Ik haal een paar keer diep adem, aarzel niet, ga niet extra langzaam lopen, maar neem stevige passen om maar zo snel mogelijk aan de overkant te zijn. En….het lukt zowaar!!!! Dan de helling aan de overkant weer omhoog, maar dat gaat een stuk makkelijker, omdat ie minder steil is.
En dan denk je: ziezo, die hindernis heb ik gehad, nu verheugd weer verder. Nou, vergeet het maar!!! Wéér zie ik nergens een pad om verder te gaan, terwijl de app dat wel aangeeft. Dus loop ik maar door in de juiste richting. Kan wél zien, dat ik vrij dicht naast de aangegeven route loop, maar zie nergens een pad. En dan komt het ergste wat ik in m’n wandelloopbaan heb meegemaakt. Ik kom terecht in een door water overspoeld gebied van biezen, riet, distels en af en toe een klein boompje. Al snel zijn m’n schoenen totaal doorweekt, strompel van de ene pol biezen naar de andere om tóch nog iets van stevigheid te voelen en niet helemaal weg te zakken. Rechts van me een hoge, volkomen begroeide wal van zo’n 3 meter hoog. Zou daar dan het pad liggen? Geen idee. Probeer er te komen, maar vlak voor die wal is een vrij diepe sloot. Ook geen optie. Dus scharrel ik maar weer door in de hoop “ergens” weer uit dit moerasgebied te kunnen ontsnappen. In m’n linkerhand m’n mobieltje, camera om de nek en met m’n rechterhand proberen m’n evenwicht te bewaren door me vast te grijpen aan rietstengel, distel of biezen, die in het water staan. Het is een wonder, dat ik niet ben gevallen en languit in het water terecht ben gekomen. Na zo’n 700 meter ben ik het helemaal zat en denk: “ik moet hóe dan ook uit dit terrein”. Kijk wéér naar die hoge wal en met de moed der wanhoop (was op het laatst echt heel bang, omdat ik helemaal alleen was) probeer ik die dan tóch maar te bereiken. Stapvoets, van pol naar pol, wankelend, wegzakkend tot m’n knieën in de sloot, bereik ik grond onder m’n voeten. Klim bij de hoge wal op en wat loopt daar?????? Juist, het pad wat aan het begin totaal niet was te zien!! Ik kan m’n geluk niet op! Hè, hè, ik heb het overleefd. Soppend in m’n schoenen met natte broekspijpen vervolg ik m’n weg. Niet veel later een trap af naar een lager gelegen fietspad en zie ik in de verte het dorpje Borgsweer liggen. Ziezo, dan ben ik weer in de bewoonde wereld.
Ik bel Iebele, die in Termunterzijl op me zit te wachten en we spreken af op de plek, waar het fietspad op de weg uitkomt. Ik ben er n.l. nu wel helemaal klaar mee en heb geen zin om ook nog eens door te lopen naar Termunterzijl. Al snel zie ik de auto aan komen rijden en gaan eerst de schoenen uit, waar het water uitloopt. Gelukkig heb ik slippers in de auto gelegd en er ligt toevallig nog een badlaken op de achterbank. Helemaal goed. Afdrogen, broekspijpen afritsen, enz. en dan in de auto naar Termunterzijl, want ik heb inmiddels wel trek in een kop sterke koffie na dit “avontuur”. We zitten er heerlijk. Jammer genoeg heeft de telefoon daar geen bereik, dus kan niet digitaal stempelen. De eigenaresse vertelde, dat heel de omgeving tot aan Delfzijl toe tijdelijk geen bereik heeft. Hangt af van de provider, die je gebruikt. Jammer!
Iebele en ik rijden nog even door naar Termunten, waar de kerk open is. Onvoorstelbaar, zó mooi van binnen. Wanden en vloer wit geschilderd. Schitterend, nog nooit eerder gezien. Doet zó sereen aan, een beetje hemels. Stempel op m’n stempelkaart en dan….de toren beklimmen! Veel trappen, maar goed te doen en boven???? Wát een schitterend uitzicht over het landschap. Vooral richting de Dollard. En ook over het dak van de kerk. Binnen ook nog even een trapje op en de gewelven van bovenaf gezien. Echt een aanrader! Langzaam weer naar beneden, waar Iebele in de kerk een fijn plekje had om op me te wachten. Bij de auto gekomen, tref ik het echtpaar, dat ik onderweg ben tegengekomen. Ze zijn de vouwfietsen aan het inklappen en we raken aan de praat. Ik vertel ze wat voor “avontuur” ik heb beleefd. Zij komen tot de conclusie, dat zij dit probleem niet hebben gehad, omdat ze in omgekeerde richting liepen en het pad vanaf die kant wél duidelijk vanaf het begin te zien was. Ook de sloot “nemen” was van die kant makkelijker vanwege de wat lagere helling.
Ik weet niet wanneer de voorlopers deze etappe hebben voorgelopen, maar gezien mijn ervaring zou het misschien tóch aanbeveling verdienen om zo’n etappe nóg eens een keer te lopen als alles flink begroeid is, het gras een meter of nog hoger staat, er veel regen is gevallen en dan te kijken of het nog wel voldoende begaanbaar is voor de Pronkjewailpadlopers. Achteraf, maar ja, dat is altijd makkelijk natuurlijk, had ik gewoon vanaf het Monument Oterdum onder de dijk langs naar Termunterzijl kunnen lopen. Maar ja, dat is niet de officiële route (en korter) dus doe ik dat liever niet. Ben nu, omdat ik eerder ben afgehaakt, jammer genoeg ook niet langs Wartumerklap gekomen. Nou ja, het zij zo.
Ik kijk terug op een gezellige dag met Iebele, een mooie route met interessante bezienswaardigheden, maar ik moet eerlijk zeggen: de schrik van wat me is overkómen, zit er nog steeds in. Ik hoef dit niet nóg eens een keer mee te maken!
Jeetje Elly, wat weer een avontuur, ik weet dat de voorlopers al in maart de route hebben voorgelopen, maar weet niet of daarvoor aan de organisatie het pad ook al eens had bestudeerd. Ik zou het toch melden aan Peter Velthuis, die in de organisatie zit van Tocht om de Noord en de Pronkjewail-paden. Het lijkt mij toch wel logisch dat de paden bijgehouden kunnen worden om zulk een “natte-voeten-avontuur” voor anderen te voorkomen.
Ik weet dat de voorlopers de route op de zelfde wijze als jij hebben gelopen, maar toen was het gras uiteraard nog laag. Groetjes, uit Roodeschool van Yvonne en Alex
Nou, het was inderdaad wel heel erg spannend! Misschien ga ik het er nog wel even met Peter over hebben. Bedankt voor je reactie hoor. Groetjes van Iebele en mij.